Het belangrijkste verschil tussen virulente en gematigde faag is dat virulente fagen bacteriën doden tijdens elke infectiecyclus, omdat ze alleen repliceren via de lytische cyclus, terwijl gematigde fagen bacteriën niet onmiddellijk na de infectie doden, omdat ze repliceren met zowel lytische als lysogene cycli.
Fagen of bacteriofagen zijn virussen die bacteriën infecteren. Virussen planten zich voort via twee mechanismen: de lytische cyclus en de lysogene cyclus. Er zijn twee hoofdtypen fagen gebaseerd op de mechanismen van infectie en doden van de gastheerbacterie: virulente fagen en gematigde fagen. Virulente fagen repliceren via de lytische cyclus. Gematigde fagen repliceren via zowel lytische als lysogene cycli. Virulente fagen vertonen gegeneraliseerde transductie en ze zijn in staat de gastheerbacterie na elke infectiecyclus te doden. Gematigde virussen vertonen gespecialiseerde transductie en ze doden de gastheerbacterie niet onmiddellijk na de infectie. Ze zijn in staat om viraal DNA te integreren in het bacteriële chromosoom en gedurende verschillende bacteriële generaties in het profaagstadium te blijven zonder de bacterie te doden.
