Het belangrijkste verschil tussen mensenhaar en dierenhaar is dat het mensenhaar niet stopt met groeien; daarom is het langer terwijl het haar van dieren stopt met groeien wanneer het een bepaalde lengte bereikt; daarom is het korter.
De aanwezigheid van haar is een van de meest aangrijpende kenmerken bij zoogdieren, en het verschilt per soort of meestal onder diergroepen. In forensisch onderzoek is haar een van de belangrijkste bronnen om een persoon te identificeren. Katz (2005) definieert het haar als een aanhangsel van de huid dat uit een haarzakje groeit. Het is een complexe keten van eiwitten, voornamelijk keratine, onderling verbonden en gevormde fibrillen. De cuticula is de buitenste laag van een haarschacht. De cuticula is schilferig en verschilt per soort. Binnenkant of de cortex van een haarschacht is ook verschillend in zowel inter- als intra-soorten, aangezien de medulla en pigmentatie variëren naargelang de locaties. Bij het onderscheiden van menselijk en dierlijk haar is het noodzakelijk om deze kenmerken in detail te bekijken.