Belangrijkste verschil - Anomeren versus Epimeren
Anomeren en epimeren zijn beide diastereomeren. Epimer is een stereo-isomeer dat in configuratie verschilt op slechts één stereogeen centrum. Een anomeer is een cyclisch saccharide en ook een epimeer dat verschilt in de configuratie, met name op het hemiacetaal of acetaal koolstof. Deze koolstof wordt de anomere koolstof genoemd. Anomeren zijn echter een speciale klasse epimeren. Dit is het belangrijkste verschil tussen anomeren en epimeren.
Wat zijn anomeren?
Een anomeer is een cyclisch saccharide en ook een epimeer, waarbij het verschil in configuratie specifiek optreedt bij het hemiacetaal of acetaal koolstof. Deze koolstof wordt de anomere koolstof genoemd en is afgeleid van de carbonylkoolstof (functionele aldehyde- of ketongroep) van de open-ketenvorm van het koolhydraatmolecuul. Anomerisatie is het proces van omzetting van het ene anomeer in het andere. De twee anomeren worden onderscheiden door ze alpha (α) of beta (β) te noemen.
Wat zijn Epimers?
Epimeren worden gevonden in stereochemie van koolhydraten. Ze zijn een paar stereo-isomeren die alleen verschillen in de configuratie op één stereogeen centrum. Alle andere stero-centra in deze moleculen lijken op elkaar. Sommige epimeren zijn erg bruikbaar in verschillende industriële toepassingen, zoals bij het produceren van medicijnen. Omdat epimeren meer dan één chiraal centrum bevatten, zijn het diastereomeren. Van al die chirale centra verschillen ze van elkaar in de absolute configuratie op slechts één chiraal centrum.
Wat is het verschil tussen anomeren en epimeren?
Definitie
Anomeren: Anomeren zijn een speciale set epimeren die alleen qua configuratie verschillen bij de anomere koolstof. Dit gebeurt wanneer een molecuul zoals glucose wordt omgezet in een cyclische vorm.
Epimeren: Epimeren zijn een paar stereo-isomeren die in stereochemie worden aangetroffen. Het zijn twee isomeren die in configuratie verschillen in slechts één chiraal centrum. Als het molecuul nog andere stereocentra bevat, zijn ze allemaal hetzelfde in beide isomeren.
Voorbeelden
Anomeren:
-
α-D-fructofuranose en β-D-fructofuranose
Epimeren:
-
Doxorubicine en epirubicine
-
D-erythrose en D-threose
Definities:
Stereogeen centrum:
Een stereocentrum of stereogeen centrum wordt ook wel een chiraal centrum genoemd. Deze moleculen worden gekenmerkt doordat ze spiegelbeeldige vormen hebben, waarbij ze niet op elkaar kunnen worden gelegd.
Diastereomeren:
Diastereomeren of diastereoisomeren zijn een categorie van een stereo-isomeer. Dit gebeurt wanneer twee of meer stereo-isomeren van een verbinding verschillende configuraties hebben op een of meer (maar niet alle) equivalente (gerelateerde) stereocentra. Maar het zijn geen spiegelbeelden van elkaar.