Het belangrijkste verschil tussen preload en afterload is dat preload de hoeveelheid rek is tijdens diastole wanneer de ventrikels zich vullen met bloed, terwijl afterload de druk is waartegen het hart moet werken om bloed uit te werpen tijdens systole.
Het slagvolume is een van de metingen die het aantal bloedpompen van elk ventrikel bij elke hartslag aangeeft. In eenvoudige bewoordingen is het het verschil tussen het end-diastolische volume (EDV) en het end-systolische volume (ESV). End-diastolisch volume is het gevulde volume van het ventrikel vóór contractie, terwijl het end-systolisch volume het volume is van het bloed dat in het ventrikel achterblijft na ejectie. Bij een gezond persoon is het slagvolume ongeveer 70 ml. Bovendien regelen drie priemfactoren het slagvolume; zij zijn de preload, afterload en contractility. Preload is een volume, terwijl afterload een druk is. Preload is het volume van de ventrikels aan het einde van de diastole. Aan de andere kant is afterload de druk die nodig is om de aortaklep te openen om bloed uit het ventrikel te verwijderen. Dit artikel is bedoeld om het verschil tussen preload en afterload te bespreken.