Het belangrijkste verschil tussen de 18 elektronenregel en de EAN-regel is dat de 18-elektronenregel aangeeft dat er 18 valentie-elektronen rond het metaal in coördinatiecomplexen moeten zijn om stabiel te worden, terwijl de EAN-regel beschrijft dat een metaalatoom de elektronenconfiguratie moet verkrijgen van het edelgas aanwezig in dezelfde periode om stabiel te worden.
Zowel de 18-elektronenregel als de EAN-regel geven aan dat het verkrijgen van een edelgas-elektronenconfiguratie een metaalatoom stabiel maakt. Volgens de 18-elektronenregel moeten we rekening houden met de valentie-elektronen van het metaalatoom, terwijl we volgens de EAN-regel het hele elektronengehalte van het metaalatoom moeten beschouwen. Beide termen worden echter voornamelijk besproken onder organometaalverbindingen, waar we coördinatiecomplexen kunnen vinden met een overgangsmetaalatoom in het midden, omgeven door liganden. Deze termen worden gebruikt voor het centrale metaalatoom om te zien of deze complexen stabiel zijn of niet.