Prognose versus diagnose
Hoewel we de termen diagnose en prognose vaker in de geneeskunde horen, beperken ze zich niet alleen tot dat vakgebied. Diagnose verwijst naar het identificeren van de aard of oorzaak van een bepaald fenomeen en prognose verwijst naar de toekomst van een aandoening. Dit artikel probeert de betekenis van prognose en diagnose en de context waarin ze worden gebruikt uit te leggen, waarbij de verschillen tussen beide termen worden benadrukt.
Diagnose
Diagnose kan worden gedefinieerd als het identificeren van de aard of oorzaak van een bepaald fenomeen. Het bepaalt de relatie tussen de oorzaak en het gevolg. In de geneeskunde komen artsen tot een diagnose door de geschiedenis, onderzoeksresultaten en onderzoeksresultaten zorgvuldig te bekijken. Klinisch interview omvat het maken van lijsten en het verfijnen ervan. Als een patiënt bijvoorbeeld kniegewrichtspijn heeft, kan de arts denken aan trauma, artritis of doorverwezen pijn. Na een zorgvuldige anamnese en onderzoek elimineren de artsen de minder waarschijnlijke oorzaken van de lijst. In dit stadium heeft de arts een kleine lijst met mogelijke diagnoses. Dit wordt differentiële diagnose genoemd. Onderzoeken worden gekozen om tot een diagnose te komen of om klinische vermoedens te bevestigen.
Computertechnici gebruiken verschillende modellen om tot een diagnose van een technisch probleem te komen. Bijv.: Bayesiaans netwerk, de uitspraak van Hickam en de wet van Sutton. Er zijn psychologische en technologische methoden voor het oplossen van problemen die door professionals worden gebruikt om tot een diagnose te komen.
Prognose
Prognose verwijst naar de toekomst van een aandoening. Het verklaart de waarschijnlijkheid dat een aandoening wordt opgelost. In de geneeskunde kan de prognose goed of slecht zijn. Prognose is geen objectieve meting maar een subjectieve opmerking op basis van eerdere gevallen. Een goede prognose betekent dat de patiënt zeer waarschijnlijk zal herstellen en dat de bedreiging voor het leven kleiner is. Een slechte prognose betekent dat de overlevingskansen slecht zijn. Prognose geeft geen idee van de duur. Bij kankers kan de patiënt lang lijden of de volgende dag overlijden. In beide gevallen is de prognose slecht. Kleine wonden, verkoudheid heeft een uitstekende prognose. In de geneeskunde is een duidelijke diagnose nodig om een prognose te geven. In moeilijk te diagnosticeren sinistere gevallen worstelen doktoren om de moeilijke vragen te beantwoorden, zoals "hoe lang heeft hij nog?"
Wat is het verschil tussen diagnose en prognose?
• Diagnose verklaart de reden voor een symptoom.
• Prognose legt uit hoe waarschijnlijk het is om weg te gaan.